Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Maar Israel sloeg hem met de [34]scherpte des zwaards, en nam zijn land in erfelijke bezitting, van de [35]Arnon af tot de Jabbok toe, tot aan de kinderen Ammons; [36]want de landpale der kinderen Ammons was vast. 34. Hebreeuws, mond. 35. Dit zijn de namen van rivieren. 35. Jabbok toe, Dit zijn de namen van rivieren. 36. Dit is de reden, waarom Sihon de landpalen niet heeft kunnen innemen, gelijk hij het land der Moabieten had ingenomen.